Lessen van een burnout

1048

Momenteel ben ik een interessant boek aan het lezen:  ‘De lessen van burn-out’ van Annegreet van Bergen.  Een boek uit 2000 maar verbazend actueel. Annegreet vertelt in dit boek haar persoonlijke verhaal hoe zij als coördinator en journalist bij de Elsevier een burn-out kreeg. Daarnaast wisselt zij dit persoonlijke verhaal af met wetenschappelijke feiten, verklaringen en wetenswaardigheden.

Als één van de verklaringen voor zoveel stress in deze maatschappij,  noemt zij de verschuiving van onze economie. We zijn van een agrarische en industriële economie, veranderd in een diensten- en kenniseconomie. Hierdoor zijn er veel meer ‘hoofdarbeiders’ of kenniswerkers dan in het tijdperk hiervoor. Het risico op mentale overbelasting is daarmee veel groter geworden dan toen het werk vooral bestond uit handarbeid.

Bewust van het risico

Vroeger als je veel moest tillen voor je werk, kreeg je last van je rug wanneer je dat niet op een goede manier deed. Dat geldt ook voor ‘hoofdarbeiders’ of kenniswerkers. Wanneer je bewust bent van het risico wat jouw werk met zich mee brengt en daar op een goede manier mee omgaat, verklein je dit. In het boek worden een viertal risico’s beschreven die nog erg actueel zijn.

Eén van de risico’s is dat we veel met ons hoofd bezig zijn en bijna geen mentale rust krijgen. We vinden het moeilijk om ons hoofd te ontspannen. Waar je vroeger werkend aan een lopende band even kon wegdromen, vraagt veel van ons huidige werk een hoge hersenactiviteit en concentratie. Daarnaast heeft ons hoofd dagelijks heel veel prikkels en informatie te verwerken die tot ons komt via onze schermen.

Een tweede risico is dat we veel met mensen werken. We moeten ons inleven in klanten, vergaderen met collega’s, ons aanpassen aan de cultuur van het bedrijf. Voor veel mensen is het lastig om hun eigen identiteit vast te houden en bijvoorbeeld hun eigen behoeften en grenzen voelen en te bewaken.

Een derde risico is dat we een grotere betrokkenheid hebben bij ons werk. Bij kenniswerkers is het niet zo duidelijk wanneer het werk klaar is. Er is geen natuurlijk einde meer aan het werk, je kunt blijven doorgaan. Zeker doordat we veel meer thuis zijn gaan werken, is het risico groot dat de tijd wordt vergeten. We zijn altijd en overal bereikbaar waardoor de scheiding tussen werk en privé veel kleiner is geworden en we minder afstand kunnen nemen van het werk. Als ‘kenniswerker’ is het nodig om een goed evenwicht te leren krijgen tussen betrokkenheid en afstand nemen.

Het vierde risico is onduidelijkheid over de output en de kwaliteit van het werk. Een bakker weet wanneer een brood goed is. Ook in de industrie zijn er heldere richtlijnen over de output en kwaliteit. Bij kenniswerkers en dienstverleners is het vaak ongrijpbaar, subjectief of onduidelijk. Wanneer heb je het ‘goed’ of ‘slecht’ gedaan? Dat is niet zo zwart-wit te zeggen. Deze onduidelijkheid maakt dat voor veel mensen de draaglast van hun werk zwaarder wordt. Hoe je hiermee omgaat is voor iedereen anders. De perfectionisten onder ons doen er nog een schepje bovenop, want het kan altijd beter. Veel kenniswerkers worden door deze onduidelijkheid ook onzeker over hun kunnen en hebben het gevoel om ooit door de mand te vallen. Annie M.G Smidt wordt als voorbeeld in het boek aangehaald. Zij had tot in haar oudere jaren last van de angst dat zij door de mand zou vallen en dat zou blijken dat ze helemaal niet kon schrijven.

Hoofdarbeid heeft vele goede kanten en het is heel boeiend en inspirerend. Wees je wel bewust welke risico’s het werk met zich meebrengt. Het vraagt van je dat je veel zelfkennis opdoet en inzicht hebt in je reactiepatronen hoe je met de risico’s omgaat. Ben je je hiervan bewust, dan kun je lange tijd gezond en met plezier blijven werken.

Als coach vind ik het een heel herkenbaar boek. Herkenbaar in de zin dat ik een beschrijving lees van het proces waar mijn klanten in zitten of hebben gezeten. Dat sommige mensen een burn-out krijgen is op zich is niet zo verbazend. Wat mij, ook bij het lezen van dit boek, blijft verbazen is hoe het kan dat iemand het zelf niet doorheeft dat het de verkeerde kant op gaat?

Vicieuze cirkel

Wat veel mensen in de aanloop tot een burn-out gemeen hebben, is dat ze niet zien in welke vicieuze cirkel zij zijn belandt. Het gaat heel geleidelijk. Je hebt het zo druk en je voelt je zo opgejaagd, dat het ‘not done’ is om een avondje vrij te plannen of om tijd voor jezelf te nemen. Er moet zoveel gebeuren dat geen enkele minuut onbenut mag blijven. Het opgejaagde gevoel wordt alleen maar groter. De lichamelijke signalen die zorgen voor nog meer onrust en gepieker. Je kunt je niet ziek melden want dan blijft het werk liggen. De vicieuze cirkel valt bijna niet meer te stoppen.

Uiteindelijk kan het lichaam niet anders dan aan de noodrem trekken en je tot stilstand dwingen. Dan begint het pas. Het achterstallig onderhoud weg werken. Wanneer alle vermoeidheid en emoties eruit zijn begint het herstel. Zowel het voorproces als het herstel wordt mooi beschreven in het boek. Het herstel is een cursus zelfkennis. De coach (of psychiater in haar geval) helpt om de bril waardoor je kijkt weer op te poetsen en de goede glazen aan te meten zodat je weer helder naar jezelf en de wereld om je heen kunt kijken.

Gelukkig hoeft het niet zo ver te komen. In een vroeg stadium kun je de vicieuze cirkel nog doorbreken. Door je automatische reactiepatronen te veranderen en het vergroten van je zelfkennis kun je erger voorkomen. Een coach kan hierin een goede gesprekspartner en spiegel zijn. De eerste stap is wel aan jou.

Vorig artikelLang zullen we leven
Volgend artikelSommige veranderingen lijken negatief, maar pakken zeer positief uit!
Marta van Sitteren
Marta van Sitteren begeleidt ondernemers en professionals die last hebben van stress en chronisch tijdgebrek middels trainingen, workshops en individuele coaching. Vraag op haar site haar gratis e-book aan met 5 strategieën voor meer rust in je hoofd.